Het laatste jaar van mijn PhD. De magische grens die ik in gedachten had gemarkeerd als ‘de periode waarin elke PhD-er knettergek wordt’. Het jaar waarvan ik niet kon geloven dat ik het ooit zou overleven. Het jaar waarin je een boek moet schrijven. Het jaar waarin je terugblikt op al het werk dat je hebt verzet. Het jaar waarin ALLES AF MOET!! Het jaar dat zojuist is begonnen… dum dum duuuhmmmm…
In mijn blog over stress heb ik al een klein beetje naar voren laten komen dat ik een probleem heb met hard doorwerken. Ik ben namelijk lid van de vereniging van Eindeloze Uitstellers. Ik ben een held in stripjes lezen, facebook staren, doorklikken op hersenloze websites en eindeloos chatten met vrienden tijdens werktijd. Het is dan ook niet vreemd dat ik -voor mijn gevoel- absoluut niets heb uitgevoerd de afgelopen jaren. Als je mij op een onbewaakt moment vraagt hoe het met mijn promotie gaat zal ik geheid mijn ogen neerslaan, een diepe zucht slaken en met trillende stem vertellen dat het eigenlijk iets beter had kunnen gaan.
Natuurlijk heb ik ook successen behaald, op enkele ben ik zelfs best trots. Er zijn al vier conferentiepapers de deur uit. Ik figureer in een reclamefilmpje voor onze universiteit. Een posterpresentatie, beoordeeld door een vakjury, won een eerste prijs. Ik ben commissielid van een gaaf studentbestuur voor een van de grootste conferenties in mijn vakgebied. Er zijn plannen voor oneindige hoeveelheden journal papers. Oké, vier.
Maar in dat laatste puntje zit precies de pijn. Want hoewel het mij soms al veel helpt om te (h)erkennen dat ik een probleem heb, is het bij uitstelgedrag eigenlijk niet eens genoeg om te weten hoe ik het beter zou moeten doen. Ik weet dat het wordt veroorzaakt door de nare ‘instant gratification monkey’ die je grijpt als je even niet oplet. Ik weet dat het een hardnekkige verslaving is waarvan je amper nog weet dat je het doet. Maar het vreet ook zo ongelooflijk hard aan je zelfvertrouwen dat de neiging ontstaat, bewust of onbewust, om helemaal geen gas meer te geven omdat je dan tenminste invloed hebt op je falen.
Combineer dit met het ‘gezonde gedachtenpatroon’ beschreven in de eerste alinea van dit stuk en je kunt wel raden wat er is gebeurd de laatste paar weken. Na een welverdiende en ontspannen zomervakantie alsnog drie weken praktisch niets gedaan. Stress dusdanig hoog op laten lopen dat mijn gezondheid er onder lijdt. Vier weken constant meer eczeem hebben gehad dan de afgelopen 10 jaar bij elkaar. Een afspraak met mijn opa en oma vergeten. En mijn hoofd zo vol laten lopen met afleiding, pijn, verdriet en wanhoop dat elke vorm van creatief denken geblokkeerd is.
Je zou bijna zeggen dat ik precies op hetzelfde punt sta als een jaar geleden. Gelukkig grijpt ook dit jaar mijn trouwe stresscoach in. Hij kan het niet aanzien om zijn vriendin weer langzaam te zien verdwijnen. En het is natuurlijk ook wel treurig om iemand te knuffelen die aanvoelt als schuurpapier.
Zijn advies? ‘Getting Things Done’ van David Allen. Een vies Amerikaans zelfhulpboek met tips hoe je zoveel mogelijk positieve feedback creëert tijdens een vermoeiende werkdag. Om de instant gratification monkey zoet te houden en zelf het gevoel te hebben dat je nuttig bezig bent. Als extra hulpmiddel komt de grote liefde ook nog aanzetten met een app voor de telefoon waarin je al je goede voornemens en al je kleine projectjes met makkelijk uitvoerbare taken gesorteerd op prioriteit en deadline kunt opslaan. Voor de goede orde steel ik ook het zorgvuldig samengestelde anti-stress stappenplan wat hij heeft gemaakt om zijn eigen draak te verslaan het komende jaar.
Het strijdplan
- To-do-list goed bijhouden aan de hand van ‘Getting Things Done’;
- Op tijd belangrijke zaken uitvoeren (vóór ze urgent worden);
- In een prikkelarme omgeving werken.
Mijn aanpak:
- E-mail notifications op telefoon uit (3);
- ‘Getting Things Done’ uitlezen en implementeren (1);
- Elke lange werksessie beginnen met en belangrijke, niet urgente taak (2);
- Tien minuten mediteren voor elke lange werksessie (3);
- Met koptelefoon op werken in drukke omgevingen (3);
- Elke zondag mijn to-do-list doorkijken en updaten (1+2).
Dit gaat het mij opleveren:
- Meer rust in mijn hoofd;
- Minder sress;
- Minder eczeem;
- Meer tijd;
- Minder ‘dark playground’;
- Echt ontspannen als ik vrije tijd inplan.
Hoe ga ik mezelf motiveren:
- Deze voornemens aan zoveel mogelijk mensen vertellen (facebook);
- Deze lijst zichtbaar houden (op de muur van de wc, deze blog).
Zou dit de heilige graal zijn? Wie weet. Een nieuwe app, een nieuw boek, een nieuwe breakdown. Meer deuken in mijn zelfvertrouwen en nog maar een jaar te gaan. Er zit maar een ding op: